Zo, de kop is er af van het nieuwe jaar. En nee, natuurlijk helemaal niéts veranderd want Rietepietz doet nou eenmaal niet aan goede voornemens en dan verandert er niet zo veel hé! Ik zóu me het voornemen gemaakt kunnen hebben voortaan Henk uit mijn logje te verbannen….. maar nee hoor, niet gedaan natuurlijk. Ik heb m’n twijfels of dat wel een goéd voornemen zou zijn.
Wie weet dat hij ooit vanzelf een stapje terug doet als ik wat meer andere dingen mee ga maken maar voorlopig kom ik hem overal tegen omdat ik overwegend thuis ben.
Beter zo, ik houd niet van verandering en er is al verandering genoeg waar ik moeizaam mee heb te dealen.
Sommige dingen beginnen een plaatsje te krijgen. Ik vergis me nog steeds dat ik zeg : “ik ben even naar Scheveningen geweest” terwijl ik Pijnacker bedoel maar het ritje is al een beetje gewoon geworden en in het oude jaar heb ik er ook alweer een klusje gedaan.
Ook in het bedrijf schuiven oude en nieuwe onderdelen ondertussen steeds meer in elkaar, net als bij “de medewerkers”.
Er wás wel een bijeenkomst geweest vóór de kerst maar die heb ik niet bezocht wegens het met teveel mensen in één ruimte zitten. Normaal kom ik er als iedereen aan het werk is en dan her en der in het gebouw bezig is, dat is veiliger.
Maar natuurlijk ging ik maandag even nieuwjaar wensen bij m’n “andere gezin”, precies, de drukkerij op de nieuwe locatie. De collega die in het oude gebouw het naambord van de muur had gehaald…..
…… heeft het bord zuinig bewaard en als ik kom ligt het klaar om het samen (eh “met mij” erbij schept vast verwarring) op te hangen zoals hij me beloofd had.
Het belangrijkste werk mag ik doen….. de stofzuiger mond onder de boor houden terwijl hij boort, het mag er dan nog niet helemaal stofvrij zijn….. we gaan er natuurlijk géén zooitje van maken.
Uiteraard komt het bord in het degelhoekje aan de muur te hangen, is zo gepiept. Henk kijkt vanuit de letterbak toe, je weet wel, daar ligt dat oude cliché van zijn foto. En dan heeft Spencer een ingeving…. “Joh Riet, we plakken “die kleine ” óp het bord.
Uiteindelijk is hij de enige van alle personeelsleden ooit die de helft van de ondertussen bijna 130 jaar op de loonlijst stond. Oke, een beetje symbolisch de laatste drie jaar, ik gaf wat uurtjes van mezelf door voor zijn salarisstrook, en soms verdiende hij z’n geld wel eens letterlijk slapend, maar toch!
Goed plan vind ik dus, er moet toch iémand een oogje houden op die knullen als ik er niet ben?





Leuk dat je reageert, dankjewel!